Opstap#

In de volgende opgaven ga je oefenen met conditionele statements, strings en lijsten in Python. Ook ga je oefenen met het vinden van fouten (bugs) in code.

Conditionele statements#

Het lezen en begrijpen van conditionele statements in Python.

In de volgende opgaven is het vooral de bedoeling te kunnen bepalen wat de output is van de code. Test je antwoorden met behulp van Python Tutor of open de opgave in Google Colab.

Opgave 1-A#

Wat is de output?

x = 8

if x > 5 :
    print("if statement is True")
print("staat buiten de if statement")
# controleer jouw antwoord

Opgave 1-B#

Wat is de output?

x = 8

if x < 5 :
    print("if statement is True")
print("staat buiten de if statement")
# controleer jouw antwoord

Opgave 1-C#

Wat is de output?

x = 8

if x < 5 :
    print("if statement is True")
else:
    print("if statement is false")
print("staat buiten de if-else statement")
# controleer jouw antwoord

Opgave 1-D#

Wat is de output?

x = 5

if x < 5 :
    print("if statement is True")
elif x > 5:
    print("elif statement is True")
else:
    print("zowel de if en elif statements zijn false")
# controleer jouw antwoord

Opgave 1-E#

Wat is de output?

temp = 23.0

if temp > 35.0:
    print("Heet!")
elif temp > 20.0:
    print("Warm")
elif temp > 10.0:
    print("Koel")
else:
    print("Brrr!")
# controleer jouw antwoord

Opgave 1-F#

Wat is de output?

temp = 15.0

if temp > 35.0:
    print("Heet!")
else:
    if temp > 20.0:
        print("Warm")
    else:
        if temp > 10.0:
            print("Koel")
        else:
            print("Brrr!")
# controleer jouw antwoord

Opgave 1-G#

Wat is de output?

x = 5

if x < 5 :
    x = x + 3
elif x > 5:
    x = x - 3
print(x)
# controleer jouw antwoord

Opgave 1-H#

Wat is de output?

x = 4

if x < 5 :
    x = x + 3
elif x > 5:
    x = x - 3
else:
    x = x * 2

print(x)
# controleer jouw antwoord

Opgave 1-I#

Wat is de output?

naam = "Suzan"
if naam <= 'E':
    print("groep 1")
elif naam <= 'J':
    print("groep 2")
elif naam <= 'O':
    print("groep 3")
elif naam <= 'U':
    print("groep 4")
else:
    print("groep 5")
# controleer jouw antwoord

Opgave 1-J#

Wat is de output?

naam = "Emily"
if naam  <= 'E':
    print("groep 1")
elif naam  <= 'J':
    print("groep 2")
elif naam  <= 'O':
    print("groep 3")
elif naam <= 'U':
    print("groep 4")
else:
    print("groep 5")
# controleer jouw antwoord

Strings en lists#

Het lezen en begrijpen van werken met strings en lists in Python.

Opgave 2-A#

Wat is de output?

a = "123"
print(2 * a)
# controleer jouw antwoord

Opgave 2-B#

Wat is de output?

a = "hanze"
b = "Hogeschool"
print(2 * a + b)
# controleer jouw antwoord

Opgave 2-C#

Wat is de output?

a = 123
b = "456"
print(a, b)
# controleer jouw antwoord

Opgave 2-D#

Wat is de output?

p = [3, 1, 4, 1, 5]
c = [2, 9, 9, 7, 9, 2, 4, 5, 8]

answer0 = p[0:3]
answer1 = c[5]

print(answer0 * answer1)
# controleer jouw antwoord

Opgave 2-E#

Wat is de output?

c = "computer"
s = "science"

answer0 = s[2:0:-1]
answer1 = c[5]

print(s[2:0:-1] + c[5] + s[2::-2] + s[0] + c[4:2:-1]  + c[6:])
# controleer jouw antwoord

Opgave 2-F#

pi = [3, 1, 4, 1, 5, 9]

L = ['pi', "isn't", [4,2]]
  1. Wat is len(pi)?

  2. Wat is len(L)?

  3. Wat is len(L[1])?

  4. Wat is pi[2:4]?

  5. Welk puntje (“slice”) pi is gelijk aan [3,1,4]? (hint, neem het aantal elementen als stop waarde)

  6. Welk puntje pi is [3,4,5]?

# controleer jouw antwoord

Opgave 2-G#

L = ["pi", "isn't", [4, 2]]

M = "You need parentheses for chemistry !"
#    0   4   8   12  16  20  24  28  32
  1. Wat is L[0]?

  2. Wat is L[0][1]?

  3. Wat is L[0:1]?

  4. Wat is M[9:15]?

  5. Wat is M[::5]?

  6. Welk puntje M is 'try'?

  7. Welk puntje M is 'shoe'?

# controleer jouw antwoord

Opgave 2-H#

pi = [3, 1, 4, 1, 5, 9]
  1. Wat is pi[0] * (pi[1] + pi[2])?

  2. Wat is pi[0] * (pi[1:2] + pi[2:3])?

  3. Hoe krijg je [3, 4, 5, 3, 4, 5, 3, 4, 5]?

# controleer jouw antwoord

Opgave 2-I#

True or False?

  1. [4, 2] > [42]

  2. "hoi" > "doei"

  3. "eten" > "werken"

  4. "Haard" < "Huis"

  5. "F" < "Fiets"

  6. [4, "m&m's"] < [1, "koffie"]

# controleer jouw antwoord

Debuggen#

Het kunnen vinden van bugs in conditionele statements.

Opgave#

Tijdens een busreis worden studenten verdeeld over verschillende bussen aan de hand van hun achternaam.

Bus

Eerste letter achternaam

1

A t/m E

2

F t/m J

3

K t/m O

4

Q t/m U

5

V t/m Z

Bijvoorbeeld, een student met de achternaam “Niël” komt in bus 3 en een student met de achternaam “Hoebe” komt in bus 2

Gegeven is een variabele naam die staat voor de achternaam (zonder voorvoegsels en met hoofdletter) van een student. De opdracht is om een conditionele statement te schrijven om de juiste bus nummer af te drukken.

naam = "Hoebe"

Deze opdracht is op meerdere manieren op te lossen en hieronder staan een aantal uitwerkingen, maar er zit telkens een fout in!

Probeer bij elke uitwerking te bepalen welke fout wordt gemaakt waardoor de code niet correct is.

Uitwerking 3-A#

if naam[0] <= 'E':
    print(1)
if naam[0] <= 'J':
    print(2)
if naam[0] <= 'O':
    print(3)
if naam[0] <= 'U':
    print(4)
else
    print(5)

Uitwerking 3-B#

if naam[0] >= 'E':
    print(1)
elif naam[0] >= 'J':
    print(2)
elif naam[0] >= 'O':
    print(3)
elif naam[0] >= 'U':
    print(4)
else:
    print(5)

Uitwerking 3-C#

if naam[0] <= 'E':
    print(1)
else:
    if naam[0] <= 'J':
        print(2)
    elif naam[0] <= 'O':
        print(3)
        if naam[0] <= 'U':
            print(4)
        else:
            print(5)

Uitwerking 3-D#

if naam[0] <= 'E':
    print(1)
elif naam[0] <= 'J':
    print(2)
    elif naam[0] <= 'O':
        print(3)
    elif naam[0] <= 'U':
        print(4)
    else:
        print(5)

Uitwerking 3-E#

if naam[0] <= 'Z':
    print(5)
elif naam[0] <= 'U':
    print(4)
elif naam[0] <= 'O':
    print(3)
elif naam[0] <= 'J':
    print(2)
else:
    print(1)

Uitwerking 3-F#

if naam <= 'E':
    print(1)
elif naam <= 'J':
    print(2)
elif naam <= 'O':
    print(3)
elif naam <= 'U':
    print(4)
else:
    print(5)

Uitwerking 3-G#

if naam < 'F'
    print(1)
elif naam < 'K'
    print(2)
elif naam < 'P'
    print(3)
elif naam < 'V'
    print(4)
else:
    print(5)